Wie ben je en waarom heb je gekozen voor het onderwijs?
Ik ben Pauline. Samen met Thijs heb ik twee geweldige zoons. Ik heb inmiddels mijn jongste zoon geïnfecteerd met het onderwijs-virus. Hij heeft besloten dat hij ‘Juffie’ wil worden. Mijn man werkt sinds kort als conciërge bij mijn stichting. Na alle verhalen over school kon hij deze baan niet voorbij laten gaan.
Na jaren in het regulier onderwijs te hebben gewerkt, heb ik besloten om (eindelijk) de overstap te maken naar het Speciaal Onderwijs. Iets wat ik achteraf veel eerder had moeten doen. De kleinere groepen, het contact met de kinderen, het werken met kinderen die moeite hebben met leren of die gedragsproblemen hebben maken het werk interessant, uitdagend. Dit geeft mij veel energie. ‘Leraar, elke dag anders’ was een slogan enkele jaren geleden, dat gaat zeker op binnen het SBO.
Zolang als ik me kan herinneren wilde ik juf worden. Mijn vader gaf les op een VSO-LOM school. Wanneer ik een dagje vrij had, was ik daar te vinden. Dit resulteerde in dat ik mee werd gevraagd als leiding op schoolkampen en bij andere activiteiten, niet alleen door mijn vader, ook zijn collega’s wisten me snel te vinden. Heerlijk vond ik dat. Ik hou van het enthousiasme en de vindingrijkheid van kinderen. Het is mooi om te zien hoe kinderen groeien in zelfstandigheid, in eigenwaarde en als mens. De momenten wanneer een leerling opeens iets kan, wat eerder nog niet lukte zijn zeer waardevol.
Ik kan me oprecht geen mooier beroep voorstellen dan leerkracht.
Wat zie je aan kansenongelijkheid in het onderwijs?
Helaas hebben veel mensen vooroordelen. Dat merk ik al wanneer ik vertel dat ik in het SBO werk. Vaak krijg ik te horen hoe ‘knap dat is’ en ‘dat het vast heel zwaar is’. Ook dat is een vorm van kansenongelijkheid. Ja onze leerlingen hebben wat meer ondersteuning nodig om te leren. Maar ook zij gaan een mooie toekomst tegemoet.
Wat zou kansengelijkheid in het onderwijs kunnen bevorderen?
Ik vind dat ieder kind echt gezien moet worden. Ieder kind verdient een eerlijke kans om te zijn wie het is. Zonder dat ernaar kleur, gender of afkomst wordt gekeken.
Iedereen heeft zijn eigen zwaktes, maar zeker ook zijn eigen kwaliteiten. Benut de kwaliteiten en geef handvatten om met zwaktes om te gaan. En geef ieder kind het vertrouwen dat het goed komt en dat het goed is zoals het is.
Wat zou je je jongere zelf willen meegeven?
Als alles gladjes verloopt, is het leven 100 keer zo saai.