Wie ben je en waarom heb je gekozen voor het onderwijs?
Ik ben Marilene Streefland en ik ben bestuursvoorzitter bij het Mediacollege Amsterdam. Voor mij was het in eerste instantie geen bewuste keuze voor het onderwijs. Ik wilde graag psychologie studeren. De keuze voor de Pedagogische academie was, eerlijk gezegd, om op een makkelijke manier mijn propedeuse te halen. Maar bij al bij mijn eerste stage voelde ik me als een vis in het water en wist ik het, dit is wat ik wil doen. Ik genoot van het werken met kinderen, het plezier om kinderen te kunnen laten leren, ze vertrouwen te geven, succeservaringen te laten opdoen, ze mee te nemen in de wondere wereld van kinderboeken, een groepsgevoel met elkaar op te bouwen, samen te lachen, maar ook om ze te ondersteunen en begeleiden bij de minder leuke kanten van het opgroeien.
Na 5 jaar voor de klas te hebben gestaan, heb ik me vanuit andere posities ingezet voor het onderwijs. Maar altijd met een doel voor ogen; zo goed mogelijk onderwijs om het beste uit de leerlingen te halen.
Wat zie je aan kansenongelijkheid in het onderwijs?
Mijn eerste ervaring met kansenongelijkheid was toen ik directeur werd op een basisschool in Amsterdam West. Daar zag ik wat het onderwijs kan betekenen voor kinderen die het van huis uit minder makkelijk hebben. Dan is school, het onderwijs, de grote gelijkmaker. Mijn belangrijkste les uit die tijd is dat je hoge verwachtingen van leerlingen moet blijven hebben en je niet moeten laten afleiden door ander factoren. Ik heb me ingezet om te zorgen dat onze schooladviezen in lijn lagen met de potentie van de leerling en we niet aan de voorzichtige kant gingen adviseren.
Wat zou kansengelijkheid in het onderwijs kunnen bevorderen?
Ik vind het heel belangrijk om met elkaar het gesprek te blijven voeren. We hebben er namelijk allemaal belang bij dat we gelijke kansen creëren en dat betekent dus dat je soms ongelijk moet verdelen. Nu lijkt het alsof alles mogelijk is voor iedereen, maar het systeem zit anders in elkaar. Dat is minder rechtvaardig dan je denkt. Zo zien we dat veel kinderen op de basisschool bijlessen krijgen en in het voortgezet onderwijs krijgen ze huiswerkbegeleiding en zelfs examentraining. Dat geeft verschillen. Daar moeten we het over hebben. Dat wil niet zeggen dat de ouders die dit doen iets te verwijten valt overigens. Ik vind dat je als onderwijs moet nadenken hoe je dit kunt voorkomen of hoe je het onderwijs zo kan organiseren dat alle leerlingen dezelfde ondersteuning krijgen. Daar ligt een taak en verantwoordelijkheid voor ons richting de groep die dat niet zelf kan.
En ik zou zo graag willen dat de beste leerkrachten zich inzetten voor de groep die het het hardste nodig heeft. Dat is nu niet altijd het geval.
Wat zou je je jongere zelf willen meegeven?
“Ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk dat ik het wel kan” – Pippi Langkous
Vaak heb ik gedacht dat ik eerst moest bewijzen dat ik iets zou kunnen (misschien wel het meeste aan mezelf). Gelukkig ben ik mensen tegengekomen die in mij geloofden en mij kansen hebben gegeven. Nu ben ik in een positie om datzelfde te kunnen doen voor anderen. Hoe mooi is dat…